Meneer Harthout's nieuwsrubriek Inhoudsopgave

Fatou's aanval

Dakar (juli 1993)

Fatou's ogen puilden uit, al haar spieren stonden strak gespannen. Ze liet zich op de grond vallen en rolde woest door het zand. Ze begon aan haar haren te trekken, het strakke kapsel veranderde in een ragebol met plukken. Het nieuws van de dood van haar neef was op een onbegrijpelijke manier in haar hersenpan ingeslagen.
Kalm knielde Ousseinou neer en pakte haar armen. Een ander ging op haar benen zitten, zodat ze niet meer onbeheerst kon ronddraaien. Daba haalde wat water en goot het voorzichtig over Fatou's mond en voorhoofd. Na een paar minuten gaf haar lichaam toe. Langzaam ontspande ze zich.

Ik was geschokt. Waarom reageerde Fatou zo op dit nieuws? Was ze bezeten, was het hekserij? Of was het soms één grote fake om aan de omstanders te laten zien hoe geschrokken en bedroefd ze was? Ik was geneigd heel wat toneelspel te zien in wat ik dagelijks zag, maar wat Fatou nu overkwam kon onmogelijk gespeeld zijn. Hier leek een kracht aan het werk die haar zijn wil oplegde.

Gelaten accepteerden de omstanders Fatou's aanval. Er werd verder niet meer over gesproken. Alleen Ousseinou vroeg ik er nog eens naar.
"Het is dezelfde magie die voor onze neef is gebruikt," zei hij, "daarmee is nu ook Fatou aangevallen. De hele familie moet rekening houden met die grigri. Daardoor kan ik ook niet meer werken." Ousseinou had me al eens verteld over de vloek die een onbekende had uitgesproken, reden waarom hij hing te lanterfanten in plaats van meubels te maken. Hij kon het niet meer, zei hij.

Ik voelde opeens iets van het onvermijdelijke van hekserij en maraboutage. Het overkomt je. Om er iets tegen te doen moet je zelf naar een marabout gaan, maar het geld is eigenlijk nodig om rijst en medicijnen te kopen. Berusting. "Dit is Afrika, zo gaan de dingen bij ons."

Fatou lijdt waarschijnlijk aan epilepsie, bedacht ik later.

© Ellen Nusselder
maart 1998

Terug naar de pagina van Ellen.

Rechts Omhoog Links

email© harthout 1997-1999 Bijgewerkt: 6 juni 1998.